Social impact, duurzaam ondernemen, sociaal verantwoord ondernemen, betrokken werknemers. De bewoordingen alleen al zijn talrijk om aan te geven dat de taak van een bedrijf of onderneming tegenwoordig verder reikt dan de eigen dienst of product.
In Het verschil laten we werkgevers aan het woord die van mening zijn dat zij onderdeel van de oplossing vormen. Deze aflevering Matthijs Visch, General Manager van outdoorkledingsbedrijf Patagonia.
Toen Synergie, een adviesbureau voor impactorganisaties, afgelopen najaar met een top 40 kwam van de meest inspirerende bedrijven, zaten daar opvallend veel impactbedrijven bij. Bedrijven die met hun product of service een statement maken: tegen klimaatverandering, plastic, slavernij of verspilling.
Misschien nog opvallender was echter het antwoord van deze bedrijven op de vraag door wie ze zelf geïnspireerd werden. Patagonia, luidde bij velen het antwoord. Patagonia is het outdoorkledingmerk voor de stille sporten zoals het van oorsprong Californische bedrijf zichzelf afficheert.
Stil is het bedrijf allerminst als het om hun missie gaat: de planeet redden! Wie hun website bezoekt, kan niet alleen kleding kopen of het laten repareren, maar wordt ook meegenomen in hun activisme. Naast de zelfopgelegde regel om klimaatbelasting te betalen, steunen ze over de 1000 initiatieven om het klimaat te redden. Van het traceren van banken die klimaatonvriendelijk investeren tot het zich ronduit uitspreken tegen president Trump via de labels in hun kleding.
‘Toen Patagonia het levenslicht zag, begin jaren zeventig, was het nog niet hun business om de planeet te redden’, vertelt Matthijs Visch, de General Manager voor de werelddelen Europa, Midden-Oosten en Afrika. ‘Het was een klein familiebedrijf opgericht door Yvon Chouinard. Als bergbeklimmer was hij ontevreden over de kwaliteit van klimspullen. Dus bracht hij een eigen lijn aan klimaccessoires uit.’
Toch was er toen al een vingerwijzing naar de weg die het bedrijf zou inslaan. ‘Chouinard vond dat de spijkers die in de rotsen werden geslagen de bergen kapot maakten en dat dat anders moest. Hij kwam met aluminium haken die makkelijk te verwijderen waren. Overigens waren veel natuurliefhebbers als Chouinard zich er toen al van bewust dat we afstevenden op een klimaatcrisis.’
Visch maakte een jaar geleden de overstap van Nike naar Patagonia dat zich met hart en ziel inzet om de planeet de redden. Van de omzet, wordt een procent, jaarlijks geïnvesteerd in projecten of groepen zoals een Nationaal Park rond de laatst vrij stromende rivier in Albanië of in Extinction Rebellion.
‘We vinden het belangrijk de hele keten te beheren. Vanaf de katoenboer tot aan het product in de winkel. Waarbij we lonen betalen waar mensen fatsoenlijk van kunnen leven. Vaak zie je dat binnen een keten iedereen elkaar probeert uit te knijpen om zo de winstmarges te optimaliseren.
De kledingindustrie is een zeer vervuilende industrie en we proberen dan ook elk onderdeel transparant te maken en ons ervoor te verantwoorden. Dat betekent minder water verbruiken, minder CO₂- uitstoot, minder chemicaliën.
Sinds 1996 werken we 100 procent organisch. Vanaf 2000 werken we met regeneratieve landbouw voor ons biokatoen. Dat betekent dat we niet alleen kijken hoe we de negatieve impact kunnen verminderen, maar dat we ook werken aan herstel en juist gebruik maken van de natuurlijk processen van de bodem en de natuur.
Maar, je moet je wel bedenken dat niets van de een op de andere dag gaat. Het kan wel drie tot vijf jaar duren voordat je boeren zover hebt dat ze een andere keuze willen maken.
Ons doel is om met onze footprint ver onder de afspraken van Parijs te komen. Met een paar jaar verwachten we zover te zijn.
‘Ik heb twintig jaar met veel plezier voor Nike gewerkt. Toen ik in Turkije was gestationeerd, steunden we als werknemers een project om meisjes hun school af te laten maken. Nike vond dat prima zolang we onze target maar haalden. Wat me toen opviel was dat het project ons energie gaf. Het haalde het beste in ons naar boven omdat iedereen het leuk vindt om samen iets voor een ander te doen.
Ik realiseerde me dat ik dit wilde blijven doen. Toen ik op een gegeven moment ging nadenken over een bedrijf dat duurzaam en sociaal beleid in de bedrijfscultuur had geïncorporeerd, kwam ik bij Patagonia uit. Bij de meeste bedrijven gaat het nog steeds alleen over geld verdienen. Dat zie je bijvoorbeeld bij Unilever waar voormalig topman Paul Polman zijn best doet om de keten verantwoording te laten nemen. Aandeelhouders zijn gewoon niet geïnteresseerd. Die willen alleen winst zien.’
Onze missie: ‘we are in business to save our home planet’, vertalen we in de praktijk door onder meer de mogelijkheid te bieden al je gekochte spullen bij ons te laten repareren. Als je een kledingstuk negen maanden langer kunt dragen, kan dat al de CO₂- uitstoot van dat specifieke product met 27 procent terugbrengen. Het gebruik van water wordt dan met 33 procent verlaagd en afval met 22 procent.
We doen dat nu met 10.000 kledingstukken, maar willen dat de komende vijf jaar gigantisch uitbreiden. Je moet mensen ervan bewust maken dat repareren cool is. We openen in maart het grootste reparatiecentrum ter wereld in Amsterdam waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werken. We werken in Nederland nauw samen met Bever. Dus waarom zouden we hun kleding niet ook repareren? Immers, het is toch onze core bussiness to safe the planet?
Als je goed naar de keten kijkt, vind je altijd iets wat niet klopt. Dat kun je negeren, je kunt er tegen aanschuren door er een manager zonder bevoegdheden op te zetten. Dat krijg je een soort green washing. Wij hebben ervoor gekozen het milieu het hart van ons businessmodel te maken.
En er zijn steeds meer bedrijven die dat doen. Neem verzekeraar ASR. Die geeft milieuvriendelijke boeren een korting van 5 procent tot 10 procent op de pachtsom die zij betalen.’ De vastgoedtak van ASR is de grootste particuliere eigenaar van landbouwgrond in Nederland. Ruim 2.000 Nederlandse boeren pachten er grond. Het belonen van schone boeren valt onder de strategie ‘klimaat-slim boeren’ van ASR.
‘De druk op boeren om milieuvriendelijker te produceren is de afgelopen jaren toegenomen. De consument heeft het uiteindelijk voor het zeggen en als straks ook regelgeving verandert kun je er maar beter klaar voor zijn.’
‘Op dit moment is ongeveer 90 procent van onze producten recyclebaar. Om verdere impact van de toeleveringsketen terug te dringen, moeten we de wijze waarop we onze producten maken drastisch veranderen. Dat betekent onder andere dat we onze inspanningen moeten verhogen om gemeenschappen te helpen van hu fossiele brandstoffen af te komen en de natuur te beschermen, het oorspronkelijke klimaatdoel.
Daarnaast moeten we inzetten op gedragsverandering bij overheden en de industrie. Deze strijd moet op elk front gevoerd worden.’
‘Iedereen binnen ons bedrijf beslist mee. Wij zijn geen utopische democratie maar wel heel zorgzaam. Kijk, mensen die bij ons binnenkomen zijn van nature al begaan met het milieu. En iedereen speelt daarin zijn eigen rol. Sommigen zijn heel activistisch en ketenen zich aan bomen vast. Ik zal je het nog sterker vertellen: Voor werknemers die vanwege milieu-activisme worden opgepakt, hebben we juridische ondersteuning. Je krijgt bij ons trainingen en workshops.
Daarnaast hebben we een werkgroep, waarvoor iedere werknemer zich kan aanmelden die evalueert en kijkt welke projecten onder de noemer Patagonia Action Works geschaard kunnen worden per land. Daar gaat onze 1% omzet naar toe. Milieu- en natuurorganisaties kunnen daar jaarlijks een verzoek voor indienen.
Ondanks de schaarste op de arbeidsmarkt willen er meer mensen bij ons werken dan er vacatures zijn en dat is heel mooi. Onze uitdaging is dan ook niet mensen binnen te krijgen die vol energie zitten. Onze uitdaging is dat die mensen dat na twee a drie jaar nog steeds hebben. Dat ze niet uitdoven.
Dat betekent dat je ze binnen je bedrijf nieuwe dingen moet kunnen aanbieden. Vroeger was het zo dat als je op marketing zat, je op marketing bleef. Maar jonge mensen van tegenwoordig kunnen van alles. Dus waarom iemand dan niet na verloop van tijd bijvoorbeeld een plek op de financiële afdeling aanbieden? Daarnaast is het van belang dat je een werkplan en een ontwikkelingsplan maakt. Een werkplan maken de meeste bedrijven wel, maar het ontwikkelingsplan ontbreekt regelmatig. Wat wil je de komende jaren graag leren? Hoe kunnen wij jou daar in helpen?
Wat je ook ziet is dat mensen bijvoorbeeld in de bergen wonen en helemaal niet in Amsterdam willen komen werken. Ook daar kun je naar kijken. Wat is mogelijk?
Maar het allerbelangrijkste is dat mensen zich gehoord voelen. Daarom maak ik een plan of een strategie altijd met de hele organisatie. Een project doen we met z’n allen. Dat is ook veel slimmer want daardoor creëer je een groter draagvlak. Het lijkt heel simpel, maar veel leiders zijn bang hun autoriteit weg te geven.’
‘Naast onze rol om de planeet te redden als bedrijf, hebben we ook een activistische rol. Die rol zetten we vooral in op de energietransitie, het beschermen van de natuur en op het gebied van agricultuur. Op dit moment houden we ons vooral met die eerste twee bezig. We werken dan samen met NGO’s als Greenpeace die zich met milieu- en natuurbescherming bezighouden en gaan gezamenlijk op zoek naar thema’s .
Een voorbeeld daarvan is dat we ons inzetten voor community energy. Dat je als regio samen energie opwekt en de winst inzet voor de gemeenschap. Je ziet dit vooral in Duitsland, Spanje en Italie. We helpen dat soort initiatieven van de grond te krijgen.
Daarnaast proberen we mensen te inspireren met filmpjes om zo hun eigen doel binnen de mogelijkheden te vinden om te steunen of om uit te voeren. We hebben ook teams die mensen daadwerkelijk bij staan met projecten.
In Albanië zijn we bezig een Nationaal Park op te zetten rond de laatste vrij stromende rivier de Vjosa. Dan wordt het ook politiek en ga je om tafel met de minister-president.’
Politiek komt vaker aan bod. Bijvoorbeeld in het Vote the assholes out-label dat in korte broeken opdook. Die zin van oprichter Yvon Chouinard werd door het ontwerpteam gebruikt in aanloop naar de verkiezingen en was gericht tegen iedereen die de klimaatcrisis negeerde. De korte broek werd binnen no time een collectorsitem.
Facebook is een ander doelwit van de Patagonia. Omdat het social mediabedrijf veel racistische en haatberichten via hun algoritmes laten oppoppen. ‘Negatieve berichten worden sneller aangeklikt en leveren daardoor meer geld op, dus zijn we gestopt met Facebook en Instagram. Soms is het wel even puzzelen hoe je dingen anders kunt doen.
Onze grootste uitdaging is hoe we fabrieken mee kunnen krijgen in duurzame productie. Wij zijn maar een relatief kleine speler. Als wij iets in een fabriek laten maken is dat maar tien procent van hun totale omzet, dus moeten we grote bedrijven als H&M mee zien te krijgen.
Tegelijkertijd willen we ons ook mee gaan toeleggen op wetgeving. We hebben nu ook een team dat zich daar mee bezig houdt omdat je daar dingen voor elkaar krijgt. Van het bedrijfsleven moet je het uiteindelijk niet hebben, die gaan niet uit zichzelf veranderen. Dat zie je bij Unilever. Aandeelhouders zijn zelden geïnteresseerd in duurzaamheid, die willen alleen geld zien,
Jaap Kortweg van voorheen de Vegetarische Slager, maar ook jonge start ups die van meet af aan zich inzetten en het goed aanpakken. Rituals, hotel Zoku of Tony’s Chocolonely. Omdat ze het probleem tot leidraad maken van het bedrijf maken. Tony kwam de slaven tegen en maakte dat tot de boodschap van zijn product.
Focus je eerst en vooral op duurzaamheid. Begin met twee dingen maar voer het wel door in de hele organisatie. Bijvoorbeeld je impact en je footprint en dat iedereen die voor jou werkt een fatsoenlijke boterham verdient. Neem iedereen mee op je reis. De rest komt later wel.
Dat mensen ons soms op een voetstuk zetten is fantastisch, maar echt het is veel makkelijker dan het lijkt.’
Hoofdbeeld: Patagonia, Martin Dijkstra